De Reis van de Ziel – Deel 2: Zelfdoding
- Naomi

- Sep 19
- 4 min read
Waarom ik dit deel schrijf
Over de dood wordt vaak stil gezwegen, maar over zelfdoding heerst misschien wel de grootste stilte. Het voelt beladen, moeilijk bespreekbaar, en voor veel nabestaanden ook onbegrijpelijk. Toch kom ik in mijn werk regelmatig zielen tegen die via zelfdoding uit het leven zijn gestapt. En wat ik daarbij ervaar, wil ik hier met je delen.
Niet om het mooier te maken dan het is, maar om helderheid te brengen. Want de overgang van een ziel die door zelfdoding overlijdt, verloopt vaak heel anders dan bij een natuurlijk overlijden – en dat heeft ook invloed op de mensen die achterblijven.
Waarom een ziel na zelfdoding vaak blijft hangen
Wanneer iemand zelf een einde maakt aan het leven, gebeurt dat meestal op een moment dat niet het “bedoelde” sterfmoment was in het zielsplan. Het levenscontract is nog niet afgerond, en dat creëert een soort stilstand.
De emoties waarmee iemand uit het leven stapt – wanhoop, pijn, uitzichtloosheid – verdwijnen niet meteen. Die blijven als een zware energie bij de ziel hangen. En juist die zwaarte maakt het moeilijk om direct naar het Licht te gaan.
De ziel blijft vaak in een tussenfase: niet meer in het lichaam, maar ook nog niet vrij. En dat voelt voor de ziel zelf verwarrend, en voor de nabestaanden zwaar.
Hoe een ziel “roept om hulp”
Veel nabestaanden ervaren na een zelfdoding tekenen van aanwezigheid: lampen die knipperen, dromen die steeds terugkomen, of een voelbare zwaarte in huis. Vaak zeggen mensen: “Ah, wat fijn, hij of zij laat zich nog even zien.”
Maar in mijn ervaring is dat meestal géén geruststellend teken. Het is eerder een roep om hulp – een ziel die zegt: “Ik zit nog vast, zie mij, help mij.”
Zo’n roep om hulp uit zich vaak bij de gevoeligste persoon in de familie, of bij degene die er het meest voor openstaat. Diegene krijgt de dromen, voelt de zwaarte of merkt dat dingen in het leven ineens niet meer soepel lopen.
De invloed op nabestaanden
Omdat een ziel energie ís – en energie altijd energie blijft – voelen nabestaanden die zwaarte vaak mee. Soms zó sterk dat ze zelf niet meer in hun flow zitten.
Dat kan zich uiten in:
gevoelens die niet van jou lijken te zijn,
een rouwproces dat niet in beweging komt,
opeenstapeling van tegenslagen of pech,
een zwaar, drukkend gevoel in huis,
vermoeidheid of onrust zonder duidelijke oorzaak.
Zelfs als een ziel uiteindelijk wél naar het Licht gaat, kan er nog een restenergie blijven hangen. Nabestaanden voelen dat alsof er nog een last op hun schouders ligt.
Generaties lang doorwerken
Wat veel mensen niet weten: deze energie stopt niet altijd bij de directe nabestaanden. Zwaarte kan generaties lang doorwerken.
Dat betekent dat jij nu misschien worstelt met gevoelens of patronen die niet van jou zijn. Misschien voel je zwaarte, terugkerende pech of emoties zonder duidelijke reden. Het kan dan zijn dat dit teruggaat naar een voorouder – een opa, oma of zelfs nog verder terug – die ooit door zelfdoding uit het leven stapte.
Hun onafgemaakte energie blijft in de familielijn voelbaar, totdat iemand het bewust ziet, erkent en er heling in brengt.
Wat is er nodig voor afronding?
Voor zielen die door zelfdoding het leven verlaten, is vaak méér nodig dan alleen tijd. Wat helpt, is:
Herkenning en erkenning – de ziel wil gezien worden in de pijn waarmee ze is gegaan.
Energetisch werk – soms moet er iets in de zware energie losgemaakt worden voordat de ziel écht rust vindt.
Loslaten door nabestaanden – woorden van liefde, een kaars branden, of gewoon uitspreken: “Het is goed, je mag gaan.”
Herinneren van het Licht – laten voelen dat er altijd begeleiding aanwezig is, zelfs als de ziel dat zelf niet ziet.
Zonder deze afronding kan de ziel blijven schreeuwen om hulp, en kan de energie in de familielijn door blijven werken.
In mijn werk ontmoet ik regelmatig zielen die door zelfdoding zijn gegaan. Mijn rol is niet om hen te forceren, maar om ze te zien en erkennen.
Juist die erkenning opent de weg. Ik kan de ziel helpen voelen dat er altijd Licht en begeleiding is, en dat ze niet langer hoeven vast te zitten in pijn of gehechtheid. Soms betekent dit ook dat ik energetisch werk doe om de zwaarte los te maken – zodat de ziel rust vindt én de nabestaanden weer ruimte ervaren.
En dat is belangrijk om te begrijpen: een ziel kan dit niet “op een andere manier” oplossen. Ze kunnen je niet bellen en zeggen: “Ik heb nog dingen te verwerken.” Signaleren via energie ís de enige taal die ze hebben.
Daarom is het zo zonde dat er zo weinig bekend is over dit onderwerp. Veel mensen zetten het weg als “zweverig”, terwijl het in werkelijkheid een diepe roep om hulp is.
Wanneer een ziel wél overgaat
Als een ziel na zelfdoding tóch naar het Licht gaat, merk je dat ook. Het verschil is duidelijk voelbaar.
Signalen dat een ziel wél in rust is:
plotselinge vrede of stilte in huis,
dromen waarin de overledene kalm en liefdevol verschijnt,
je rouwproces komt eindelijk in beweging,
herinneringen geven troost in plaats van zwaarte.
Dat zijn de momenten waarop je weet: de ziel heeft de weg gevonden, en er is rust gekomen – aan beide kanten.
Een ziel die door zelfdoding overlijdt, blijft vaak hangen tussen werelden. De pijn en het onafgemaakte levenscontract maken dat de overgang niet vanzelf gaat. Nabestaanden voelen dit vaak als zwaarte, onrust of energie die hun eigen leven beïnvloedt.
Zonder erkenning kan deze energie zelfs generaties lang doorwerken. Daarom is er vaak energetisch werk nodig, samen met liefdevol loslaten, zodat de ziel én de familielijn rust vinden.
Mijn rol is om die zielen te zien en te begeleiden, zodat de weg naar het Licht weer zichtbaar wordt. Want op dat moment ontstaat er rust, opluchting en ruimte – voor de ziel én voor de mensen die hier verder mogen gaan.
Dit was deel 2 van mijn reeks De Reis van de Ziel. In het volgende deel vertel ik meer over plotselinge ongelukken en hoe ook daar de overgang vaak heel anders verloopt dan je misschien denkt.



Comments